“Is any blame attached because somebody took Nietzsche’s philosophy seriously and fashioned his life upon it?… It is hardly fair to hang a 19-year-old boy for the philosophy that was taught him at the university.”
Aldus sprak Clarence Darrow, de advocaat van Richard Loeb, een van de moordenaars van Bobby Franks. Richard Loeb en Nathan Leopold waren twee jonge intellectuelen die in navolging van Friedrich Nietzsche geloofden dat morele regels een uitvinding zijn van de zwakkeren en niet van toepassing zijn op de enkelen die boven de massa uitrijzen. Zij beeldden zich in zelf tot die selecte groep te horen en probeerden “de perfecte moord” te plegen door hun overbuurjongetje van het leven te beroven.
De zaak inspireerde Alfred Hitchcock tot het maken van de film “Rope”, waarin – zonder al te veel van het verhaal te verklappen – eveneens twee jonge intellectuelen om vergelijkbare redenen tot moord overgaan en een oude studiegenoot het dodenrijk in jagen. Buiten het feit dat Hitchcock opnieuw laat zien waarom hij de “the master of suspense” wordt genoemd, biedt de film eveneens veel aankopingspunten om na te denken over recht en onrecht.
Op informele wijze en al dan niet onder het genot van een drankje zullen we na afloop van de film nog met elkaar in gesprek gaan over de film en de thema’s die ermee verbonden zijn. Ter voorbereiding lezen we het eerste hoofdstuk uit Nietzsches De genealogie van de moraal.